MIDDEN - DELFLAND

MIDDEN - DELFLAND
IN BEELD

  [Start] [Agenda] [Nieuws] [Plattegrond]

 

Meer zomerbloemen

De Gewone reigersbek (Erodium cicutarium), lid van de Ooievaarsbekfamilie, is een lage tot middelgrote plant (10-50 cm). Hij heeft oneven geveerde bladeren die in een rozet staan; de veren zijn zelf ook weer geveerd. Vijf tot zeven bloemen staan bijeen in een scherm. De plant is algemeen voorkomend op akkers en open bermen op zandgrond. De naam verwijst naar de lang gesnavelde vruchten. Bloeitijd mei - oktober.

Langs de oude stoomtramdijk nabij de Trambrug in Schipluiden komt het Vlasbekje (Linaria vulgaris) veelvuldig voor. Het is 20-40 centimeter groot. Deze zandgrond minnende plant heeft ongesteelde, lancetvormige bladeren (als van vlas). De gele, twee-lippige bloemen staan in een dichte tros bijeen. Zij hebben meestal een oranje welving die de keel afsluit. Alleen hommels en grotere bijen zijn sterk genoeg om de onderlip omlaag te drukken, zodat ze bij de honing kunnen komen. De plant komt voor aan akkerranden en wegbermen en langs spoorlijnen. Bloeitijd juni - oktober.

Ook aan het eind van de zomer werken de bijen aan hun winter voorraad in de Broekpolder.

Medio augustus 2002 is het bijzonder warm en zonnig weer in Nederland (extreme regen zorgde wel voor veel overlast elders in Europa). In Midden-Delfland is dan een behoorlijk aantal verschillende vlinders actief. Ze fotograferen is een kwestie van geduld. Op één dag lukte dat vrij redelijk! Allereerst een Distelvlinder (links onder) die steeds weer een ander plekje op de opgewarmde aarde opzocht. Een drietal Argusvlinders (rechts) waren afwisselend op een akkermelkdistel te vinden.


Distelvlinder


Argusvlinder

Op een mooie nazomerdag in september (2002) was op een bloeiende klimop in de achtertuin de Atalanta in grote aantallen te bewonderen. De vlinders hadden het veel te druk met de bloemen om de fotograaf op te merken. Dit leverde een serie prachtige plaatjes op. Hieronder twee uit de serie.

Het bovenkant van de vleugels van het mannetje van het Icarusblauwtje (Polyommatus icarus) is blauw. Die van het vrouwtje zijn bruin. De onderkant van de vleugels (mannetje en vrouwtje) is bruin met oranje vlekken. Het Icarusblauwtje is samen met het Boomblauwtje verreweg het algemeenste blauwtje in de Benelux. Het icarusblauwtje vliegt twee keer per jaar: van eind mei tot begin juli en van half juli tot begin september. Hij vliegt vooral in graslanden en ruigten met veel bloemen. Ook kom je hem op kaden tegen of in de berm langs de kant van de weg, als daar genoeg bloemen staan. De rupsen vind je op klavers. Daar zijn ze dol op. In de winter leeft het icarusblauwtje als rups tussen de bladeren op de grond.

Moeraswalstro (Galium palustre) is een liggende, kleine tot middelgrote plant. Komt voor op natte plaatsen (hier langs de Vlaardingsevaart). De kleine witte, stervormige bloemetjes staan in kransen van 4 tot 5 bloemen. Ook de langwerpige bladeren staan in kransen langs de stengel. Bloeitijd juni - augustus.

Het Wilgeroosje (Charmerion angustifolium) komt minder vaak voor in het Midden-Delflandgebied dan het Harig wilgeroosje. Het is een grote plant. De lichtpurperen bloemen staan in lange rijkbloeiende trossen. De bladeren zijn lancetvormig. De plant is algemeen aan bosranden en op ruigten. Elke plant produceert duizenden pluizige zaadjes die op de wind kilometers weggedragen worden. Een geschikte groeiplaats wordt snel gekoloniseerd.

Kikkerbeet (Hydrochari morsus-ranae) is een kale, drijvende waterplant met bronsgroene, niervormige bladeren. De wortels reiken dus niet tot de bodem! Het fijn vertakte wortelstelsel neemt water en voedingszouten op. De bloem heeft drie witte kroonbladen en een gele nagel (ca. 20 mm groot). De plant overwintert in de vorm van losse winterknoppen op de bodem. Groeit in stilstaand, zoet water. Bloeitijd juli - augustus.

Langs een sloot nabij het Doelpad in Maasland staat het Gevleugeld hertshooi (Hypericum tetrapterum) een middel-grote plant met gele bloementrossen. Het bijna stengel omvattende blad heeft doorschijnende klierpuntjes. 
De plant komt vooral voor in laagveen gebieden, op vochtige plaatsen en een bodem die niet zuur is. Bloeitijd juni - september.

Slanke waterweegbree

De Slanke waterweegbree (Alismataceae lanceolatum) lijkt veel op de Grote waterweegbree maar heeft smallere bladeren. De plant komt voor in laagveen gebieden in Zuid-Holland. De plant groeit in ondiep, voedselrijk, zoet water. Bloeitijd: juni - oktober.

De Gevlekte aronskelk (Arum maculatum) is geen plant die je in het wild verwacht in Midden-Delfland. Daarom was de verrassing des te groter een aantal van deze planten aan te treffen, weliswaar in de Broekpolder, die opgespoten is met rivierslib.... Opvallend zijn de fel rode vruchten in het najaar (hier september). Minder opvallend is de bloem, een bruinviolette bloeikolf waar omheen een puntzakvormig, geelgroen schutblad staat. De bladeren zijn spiesvormig, netvormig generfd en meestal donker gevlekt. De plant komt vooral voor in kruidenrijke loofbossen en gemengde bossen op vochtige en vruchtbare bodem, met name in Zuid-Limburg en langs de grote rivieren. Bij ons in Midden-Delfland is hij te vinden langs het fietspad de broekpolder in, net na de houten fietsbrug over de Vlaardingsevaart. Bloeitijd: april - mei.

De Canadese fijnstraal (Erigeron canadensis) is een flinke plant, tot wel een meter hoog, uit de composietenfamilie. De de kleine bloemen staan in een tros en bestaan uit gele buisbloemen en korte, witte straalbloemen. De plant groei vooral op zandige, braakliggende terreinen (hier op het bouwterrein van de A4 snelweg nabij de Zuidkade. Bloeitijd: juli tot de eerste vorst.

21 juni 2019